‘Parttimers met zorgtaken doen het vaakst vrijwilligerswerk’

2 minuten leesplezier

Nederlanders die vanwege hun gezin of huishouden in deeltijd werken, doen het vaakst vrijwilligerswerk. Twee op de vijf mensen die om deze redenen in deeltijd werken, zijn vrijwilligers.

Dat blijkt donderdag uit gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Het gaat in veel gevallen om moeders met ten minste één kind van tussen de zes en elf jaar. Van deze moeders is 38 procent vrijwilliger op school, tegen 6 procent van alle 15- tot 65-jarigen.

Voor vaders geldt dat ze met name als vrijwilliger actief zijn bij sportverenigingen. Ruim twee vijfde van de vaders met ten minste één kind tussen de zes en zeventien jaar oud, doet vrijwilligerswerk voor een sportvereniging.

Onder moeders met een kind in deze leeftijdscategorie is dat aandeel 15 procent. Gemiddeld genomen is 9 procent van de 15- tot 65-jarigen vrijwilliger bij een sportvereniging.

Geen betaald werk

Onder personen van 15 tot 65 jaar die geen betaald werk hebben, omdat ze een opleiding volgen of gezondheidsklachten hebben, zijn relatief de minste vrijwilligers te vinden.

Vrijwilligers zonder betaald werk besteden twee keer zoveel uren (zes uren) aan vrijwilligerswerk dan mensen met een betaalde baan (drie uren).

Ongeveer de helft van de Nederlanders van 15 jaar en ouder doet minstens één keer per jaar vrijwilligerswerk. Dit aandeel ligt al jaren rond de 50 procent.

Opleiding

Ruim 60 procent van de ondervraagde hogeropgeleiden heeft in de periode 2012-2016 minstens één keer per jaar vrijwilligerswerk gedaan. In de groep met de laagste opleidingen ligt dit aandeel op 35 procent.

Ook bestaat er een onderscheid naar leeftijd. Van de 75-plussers verricht 32 procent eens per jaar werk als vrijwilliger. Binnen de groep 35- tot 45-jarigen geldt dit voor 57 procent.

Verder constateert het CBS een correlatie tussen religieuze betrokkenheid en vrijwilligerswerk. “Vooral personen die regelmatig een gebedsdienst bijwonen, zijn als vrijwilliger actief. Dat geldt voor alle levensbeschouwelijke groeperingen”, aldus het statistiekbureau.

Bron: NU.nl

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *